donderdag 2 april 2015

Een taalsnackje mag elke dag!


Elma is één van onze invallers die voor een langere periode een zieke leerkracht vervangt. Zij werkt twee dagen in de week met haar groep 5. Ze gaat dan uiteraard door met het reguliere programma van groep 5, maar neemt ook de tijd om even tussendoor te 'snacken' met haar leerlingen. Een taalsnackje: leuk, leerzaam en gezond voor je woordenschat!

Maak samen een woordslang; de laatste letter van het eerste woord is de eerste letter van het volgende woord. Dus als je aan tafel zit met je kind(eren) neem dan als eerste woord bijvoorbeeld 'zout', dan wordt het tweede woord 'tafel' en het derde woord 'lepel'. Zo ga je door, om de beurt noem je iets wat met het eten te maken heeft. Hoe langer de woordslang, hoe beter!

In de klas is dit ook heel effectief; de leerlingen mogen het woord zelf opschrijven op het digibord en zo zien ze dat er zich echt een woordslang vormt. Neem bijvoorbeeld het thema van de dag of een onderwerp uit de taal- of rekenmethode: breuk - keersom - maatje - erbij - ijverig - getal ... enzovoort!
Past het nog op het bord?

Een andere effectieve taalsnack is kinderen tegenstellingen & overeenkomsten te laten bedenken (Venndiagram). Dit kunnen ze zelf doen en daarna bespreken. Kinderen vinden dit leuk én het is effectief. Je kunt het gebruiken om behandelde stof van de dag nog een keer te herhalen. Of je gebruikt de hobby’s en interesses van de kinderen. Elma doet het vaak aan de hand van de onderwerpen van spreekbeurten van leerlingen.

Zo kan ze alle lestijd effectief gebruiken, zonder al te veel voorbereiding. Maar nog veel belangrijker: de leerlingen vinden het leuk.

Veel plezier! Hier vind je nog meer taalsnacks voor tussendoor.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten