Elma is één van onze invallers die voor een langere
periode een zieke leerkracht vervangt. Zij werkt twee dagen in de week met haar
groep 5. Ze gaat dan uiteraard door met het reguliere programma van groep 5,
maar neemt ook de tijd om even tussendoor te 'snacken' met haar leerlingen. Een
taalsnackje: leuk, leerzaam en gezond voor je woordenschat!
Maak samen een woordslang; de laatste letter van het
eerste woord is de eerste letter van het volgende woord. Dus als je aan tafel
zit met je kind(eren) neem dan als eerste woord bijvoorbeeld 'zout', dan wordt
het tweede woord 'tafel' en het derde woord 'lepel'. Zo ga je door, om de beurt
noem je iets wat met het eten te maken heeft. Hoe langer de woordslang, hoe
beter!
In de klas is dit ook heel effectief; de leerlingen
mogen het woord zelf opschrijven op het digibord en zo zien ze dat er zich echt
een woordslang vormt. Neem bijvoorbeeld het thema van de dag of een onderwerp
uit de taal- of rekenmethode: breuk - keersom - maatje - erbij - ijverig -
getal ... enzovoort!
Past het nog op het bord?
Een andere effectieve taalsnack is kinderen tegenstellingen &
overeenkomsten te laten bedenken (Venndiagram). Dit kunnen ze zelf doen en
daarna bespreken. Kinderen vinden dit leuk én het is effectief. Je kunt het gebruiken om behandelde stof van de dag nog een keer te herhalen. Of je gebruikt
de hobby’s en interesses van de kinderen. Elma doet het vaak aan de hand van de
onderwerpen van spreekbeurten van leerlingen.
Zo kan ze alle lestijd effectief gebruiken, zonder al te veel
voorbereiding. Maar nog veel belangrijker: de leerlingen vinden het leuk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten